Groots en meeslepend, of klein maar fijn?

Lieve mensen,

In een immer moderniserende maatschappij, waar je tegenwoordig de winkel niet meer uit hoeft om je halfje volkoren te bestellen, je de buurman op de hoogte stelt van de overlast die hij veroorzaakt met zijn nieuwe drumset via Whatsapp, en het tegenwoordig zelfs mogelijk is om via je telefoon je parkeerkosten te betalen (dit vind ik zelf vooral heel handig), kan het concept van kamperen uiteraard niet achterblijven.

Want anno 2016 met je WC-rolletje onder de arm naar het gezamenlijke toiletgebouw huppelen om je behoefte te doen? Ben je mal! Met een rughernia ontwaken omdat je luchtbed midden in de nacht besloten heeft het leven te laten? Voltooid verleden tijd! Tegenwoordig doen steeds meer mensen aan het Nieuwe Kamperen, het zogenaamde “Glamping”. Als een ingenieuze contaminatie van de woorden “glamorous” en “camping” , geeft het eigenlijk al aan waar dit om draait: niet langer zwetend in je tentje geplaagd worden door een schoonfamilie muggen, maar luxueus dineren in je eigen keukentje mét allerlei keukengerei, én comfortabele zitstoelen. Sommige van deze accomodaties zijn zelfs voorzien van een ligbad om de spieren na een lange dag kayakken te laten ontspannen. En als ik de breed lachende familie op de foto’s van de verscheidene aanbieders van dit soort verblijven moet geloven, wordt je familieband er ook nog eens een stuk beter door.

Niet langer zwetend in je tentje geplaagd worden door een schoonfamilie muggen

Een schril contrast met de campings die het liever allemaal nog wat meer via de oude stempel benaderen. Waar je de slagboom naar de kampeerplaatsen handmatig bedient, en je wanneer deze dienst weigert, deze even moet laten repareren door de klusjesman, die op dat moment nog bezig is om de ontplofte douchekop van kavel 123 te stelpen. Waar de vaste gasten al zo’n 20 jaar ieder jaar weer met de eigen caravan en uitklaptent voor de deur staan, en vervolgens gezellig elke dag op een plastic stoel in het restaurant komen zitten om de Tour de France van commentaar te voorzien. En als je ’s ochtends de poepjes uit je ooghoeken grondig wil verwijderen, en met je handdoekje op naar de gezamenlijke douches loopt, je jan en alleman begroet met een “bonjour”, en na een aantal dagen zelfs met ieder van hen even een kort praatje maakt. De gemiddelde “gewone” caravan bevat echter meestal een stuk minder vierkante meters dan een glamping accomodatie, en het enige ligbad is meestal het grote gezamenlijke zwembad…

De plaatselijke reparateur, die nog bezig is de douche op kavel 123 te maken

Al met al valt er voor beide soorten kamperen iets te zeggen. Het grootse, luxueuze kan erg prettig zijn als je lange tijd ergens staat, en het gevoel wil hebben dat je eigenlijk gewoon thuis bent, maar dan ergens anders. Anderzijds heeft het overnachten in een tentje, en het af en toe verstrikt raken in je klamboe, ook haar charmes. Ik blijf voorlopig nog maar even neutraal…. totdat ik de loterij win natuurlijk.

Liefs,
Eline
(p.s. Nog een gelukkig nieuwjaar! Op naar een zomer vol avontuur!)